
Levenscoaching en autonomie

In deze beschouwing ga ik in op autonomie als existentieel begrip bij Levenscoaching.
Vanaf het begin van de mensheid houden mensen zich bezig met vragen zoals: wie is de mens? Wat is karakteristiek aan het menselijk zijn? Welke plek neemt hij in het heelal in? Hoe verhoudt de mens zich tot de wereld?
Binnen het hedendaagse westerse denken over het menselijk zijn staat het mensbeeld van de autonoom functionerende mens hierbij centraal. De autonoom functionerende mens is de mens die zelf vorm, inhoud en richting geeft aan zijn leven en dat op een voor hem zinvolle en betekenisvolle wijze doet.
Terug in de geschiedenis: van geloof en dogma naar zelfbeschikking
Autonomie is samengesteld uit het Griekse autos (=zelf) en nomos (=wet). Autonomie betekent dus letterlijk het zichzelf wetten stellen. Het verwijst naar zelfbeschikking. De autonome mens die vrij is van externe aansturing.
Vanaf 1600 à 1700 na Christus veranderden onze opvattingen over het menselijk denken. Er vond een verschuiving plaats in de uitgangspunten van ons denken. Waar eerst het geloof, de Bijbel en dogma’s de basis vormden van onze kennis verschoof dit naar de rede en wetenschap. Dit had ook gevolgen voor hoe we naar onszelf gingen kijken.
Voorheen was het geloof leidend en werd de zin van het leven bepaald door kerk en bijbel. Volgens dit mensbeeld moest de mens een goed leven leiden. Wat goed was, stond in de Bijbel. Het geloof was dus leidend in het leven. Met als ultieme belofte dat als je je aan de regels van het geloof hield, je na het aardse leven en lijden, naar de hemel mocht. De zin van het leven lag bij het eeuwige en gelukzalige leven na de dood. Het leven was daarmee bepaald en voorbestemd van de wieg tot het graf en zelfs daar voorbij.
Denk hier bijvoorbeeld aan het gezegde: de mens wikt, doch God beschikt. De mens kan van alles denken, willen en vinden, maar uiteindelijk is het God die bepaalt. Er was dus geen zelfbeschikking.
Vanaf de 16de en 17de eeuw ontstond een breuk in dit denken. Filosofen zoals Spinoza, Descartes en Kant betoogden dat ons leven, ons denken, onze kennis en waarheden niet gebaseerd konden zijn op onze geloofsovertuiging.
Dit kwam onder andere voort uit allerlei wetenschappelijke ontdekkingen, die duidelijk maakten, dat de waarheden en dogma’s van het geloof niet klopten. Volgens het geloof en de bijbel bijvoorbeeld is de aarde plat en draait de zon om de aarde. Vanaf de 15de en 16de kwamen er steeds meer bewijzen dat dergelijke waarheden uit de Bijbel achterhaald waren. Gaandeweg ontstond hierdoor ruimte voor een denken waar het feitelijke en de rede leidend waren in plaats van het geloof.
Dat had als gevolg dat ook het menselijk zijn opnieuw gedefinieerd moest worden. Daarmee werd de beweging van een beschikkende God naar de zelf beschikkende mens ingezet. De zin van het leven werd niet meer bepaald buiten de mens door de wetten en regels van het geloof. De mens moet voortaan als autonoom wezen zelf zin en betekenis geven aan zijn leven.
Daarmee ontstond een mensbeeld van de autonoom functionerende mens, die zelf verantwoordelijk is voor de invulling, richting en sturing aan zijn leven en zelf verantwoordelijk is om zin- en betekenisgeving aan het leven te geven.
Autonomie: we hebben er dagelijks mee te maken
Nu klinkt een woord als autonomie misschien wat abstract. We komen het echter, zonder erbij stil te staan, dagelijks tegen. Enkele voorbeelden:
De 3-jarige peuter
Ouders van kinderen in de peuterleeftijd horen het dagelijks vele malen en in alle toonaarden: “zelf doen!”. Het zich ontwikkelende kind is zich in deze fase aan het bewegen van een afhankelijk wezen naar een mens met een eigen wil, dat eigen oplossingen prefereert en geen hulp wil. Ofwel naar iemand die onafhankelijk kan denken en functioneren.
De ouder wordende mens
We komen het tegen bij de ouder wordende mens. Hoeveel lezers van dit artikel hebben ouders die eigenlijk niet meer zelfstandig alles kunnen doen? Maar toch die rollator of hulp in huis weigeren. Laat staan erkennen dat ze eigenlijk niet meer alleen thuis kunnen wonen. Ook hier is het de autonome mens die aan zijn onafhankelijkheid gehecht is.
Existentiële crisis
Bij een burn-out of bore-out kan onderzoek naar hernieuwde zin- en betekenisgeving onderliggend meelopen. Denk aan mensen die voorbeeldig de maatschappelijke idealen volgen, de juiste opleidingen en carrières doorlopen (picture perfect). Daarbij financieel en qua maatschappelijke status en zekerheden voldoen aan alle beelden en verwachtingen die er hierover zijn.
Om dan toch in een crisis, depressie, burn-out of bore-out te belanden. Waarna ze ontdekken, dat datgene dat ze doen niet aansluit op wat voor hen werkelijk van betekenis is. Een burn-out of bore-out is dan dus een existentiële crisis waarbij iemand opnieuw op zoek gaat naar wat echt telt en zinvol en betekenisvol is.
Autonomie en autisme
Zeker bij mensen met een gemiddelde en hogere intelligentie is autonomie vaak een belangrijk thema. Ze zien dat de mensen om hen heen onafhankelijk van anderen het leven leiden dat ze willen, terwijl zij door hun autisme afhankelijk zijn van hulpverleners. Waar ze zien dat andere mensen op een zinvolle manier leven, hebben ze zelf soms geen idee hoe dat te doen.
Dit besef heeft vaak als gevolg dat ze een diepe existentiële pijn voelen. Een pijn die zich ook wel uit in de vorm van frustratie, verdriet, boosheid. Depressieve klachten bij mensen met autisme zijn vaak herleidbaar tot deze existentiële pijn.
Ikzelf heb het ooit een cliënt ook letterlijk zo horen zeggen: “Herman, ik zie dat ik afhankelijk ben, terwijl andere mensen, vaak een dommer dan ik, het fluitend allemaal zelf kunnen”. Onder deze woorden lag een onmetelijk verdriet en gevoel van falen.
Als het over zingeving en betekenisgeving gaat, is de vraag naar het waarom van iets een belangrijke. Door deze vraag te beantwoorden krijgt iets betekenis. Door het antwoord wordt duidelijk, bijvoorbeeld dat of waarom een bepaalde actie zinvol is om voor in beweging te komen. Door de waarom vraag ga je verbanden, samenhang, verbinding zien. Op het begrip Verbinden gaan we volgende keer in bij de pijler Luisteren.
Meer weten?
Over Levenscoaching en autonomie valt meer te vertellen, dan mogelijk is in een kort tijdsbestek. Als je hierover meer wilt lezen, kan dit in het boek ‘Ruimte voor zingeving; een filosoof en een psycholoog in gesprek’ en in het boek ‘Op weg naar rust, de PILLAR-methodiek voor levensbrede begeleiding bij autisme. Voor professionals die zich willen scholen in de PILLAR-Methodiek is er de post hbo-opleiding ‘PILLAR Methodiek voor levensbreed leren denken en werken’.
Existentiële waarden en de PILLAR-methodiek
De PILLAR-Methodiek helpt autisme te begrijpen en vanuit dat begrip je cliënt op weg te helpen in zijn leven. Autisme heeft levensbrede gevolgen voor diepliggende (= existentieel) menselijke waarden, onderwerpen en thema’s. Daarom de uitspraak dat autisme gevolgen heeft tot op existentieel niveau en het belangrijk is om de existentiële gevolgen mee te nemen in je benadering.
Autisme werkt door in de zin- en betekenisgeving. Mensen kunnen geen idee hebben wat ze met hun leven kunnen en/of welke kant ze op willen. Daarnaast ervaren die mensen regelmatig geen toekomstperspectief, wat kan leiden tot neerslachtigheid en passiviteit.
Voor mensen met autisme kunnen existentiële waarden van een andere betekenis zijn dan bij de andere mensen. Je verbonden voelen met anderen is voor de meeste mensen belangrijk, maar bij mensen met autisme kan verbinding een andere betekenis hebben. Het gebrek hieraan kan worden ervaren als een diep gemis waardoor mensen zich eenzaam kunnen voelen. Op deze manier werkt autisme dus door op existentiële waarden en thema’s. Zoals existentiële eenzaamheid, in verbinding staan, vrijheid, autonomie, zelfbeschikking en vertrouwen. Als je dit inziet, begrijp je dat aandacht hiervoor belangrijk is.
Bij elke pijler van de PILLAR-Methodiek spelen existentiële waarden, thema’s en onderwerpen een rol. Zij vormen als het ware een existentieel fundament onder de methodiek.
Presentie: existentiële eenzaamheid
Interactie: vertrouwen
Levenscoaching: autonomie
Luisteren: verbinding
Actie: zelfrealisatie
Rust: vrijheid
Meer lezen?
Lees onze andere recente blogs