Executieve functies: tekenen
Executieve functies, wat zijn dat nou eigenlijk? Executief betekent ‘uitvoerend’, dat geeft al een idee. Iets uitgebreider: executieve functies bevatten o.a. het organiseren en plannen van (nieuwe) taken, het kunnen aanpassen van de taak aan nieuwe informatie of nieuwe omstandigheden en prioriteiten stellen. Van mensen met autisme is bekend dat zij vaak moeite hebben met de executieve functies waardoor ze moeite hebben met het starten van een taak of opdracht of de taak niet (tijdig) af kunnen ronden.
Tekenen als hobby
In de praktijk kwam ik dat vorige week heel concreet tegen. Mijn cliënt Jasper (fictieve naam) wil graag meer invulling van zijn dagen en het plan is dat hij zijn vroegere hobby, tekenen en schilderen, weer gaat oppakken. Uit ervaring weet ik inmiddels dat de opdracht ‘ga tekenen’ te groot is. Ook als we het inplannen in zijn agenda, lukt het niet. Samen onderzoeken we waar hij tegenaan loopt: er is geen ruimte, spullen niet op orde, geen inspiratie enz. enz. Jasper weet zelf wel hoe het werkt: hij is ervaringsdeskundige in een begeleid wonen project voor mensen met autisme. Hij weet dus dat hij niet zo goed scoort op executieve functies. Hij weet ook dat het hem helpt een stappenplan te maken maar dat het hem niet lukt om dat zelf te doen. Dat gaan we dus samen doen.
Praktische zaken in kaart brengen
Om de opdracht te ‘ontleden’ vraag ik Jasper eerst om op te schrijven wat er nodig is om te kunnen tekenen. We komen een heel eind: een plek met goed licht, potloden in verschillende kleuren en hardheden, papier, tijd, inspiratie en zo nog wat zaken. Vervolgens nemen we de benodigdheden een voor een door: welke obstakels kom je tegen? Dan merk ik dat alle obstakels echt eerst moeten worden aangepakt voordat cliënt daadwerkelijk kan beginnen. Waar ik denk: pak je potloden en een papier en begin met tekenen, denkt cliënt: er is geen plek op de tafel, ik moet eerst alle spullen opruimen en dan moet er een plek zijn voor die spullen. En aan deze tafel is er niet voldoende licht. Moet ik dan de tafel verplaatsen? Als cliënt zover is dat de plek is geregeld, komen de tekenspullen tevoorschijn. Deze spullen zitten in een tas, daarin zitten ook tubes verf. ‘Dat moet ik eerst uitzoeken : welke potloden zijn er nog? Welke kleuren / diktes / hardheden heb ik nog nodig? En de verf moet ik dan ook uitzoeken. Welke kan ik nog gebruiken?’ Die verf heeft Jasper niet nodig om te tekenen maar omdat de verf in dezelfde tas zit, moet het wel worden opgeruimd. Als er potloden ontbreken, wordt het lastig. De winkels zijn dicht wegens corona en het is dus niet zo makkelijk om ‘even’ een paar potloden en papier te kopen.
Inspiratie vinden
Jasper geeft aan voorbeelden nodig te hebben ter inspiratie. Hij heeft zelf nog een boek met roofvogels maar zou ook wel een boek met andere wilde dieren willen om inspiratie op te doen. Kringloopwinkel dicht: dat is dan ook lastig! Dat zijn een aantal obstakels waarbij executieve functies een rol moeten spelen om ze weg te halen.
Al pratend merk ik dat er nog iets anders dwars zit. Jasper geeft aan dat hij voorheen vooral getekend en geschilderd heeft in periodes dat het niet goed met hem ging. Hij vraagt zich af of hij nu wel inspiratie krijgt. Ik snap dat dat spannend is: wat als het niet lukt? Wat ook spannend is en wat ik aan Jasper vraag: wat gebeurt er als je gaat schilderen? Komen dan de gevoelens uit de slechtere periodes terug? Ik zie dat dat Jasper raakt. Hij wil wel tekenen maar voor hem is er ook een associatie met slechtere tijden. Dat inzicht te benoemen geeft ook lucht.
Dat kan dus allemaal in de weg staan om te gaan tekenen. Ik zie de worsteling, de moeite die het kost. En ik ben blij dat ik mag helpen deze puzzel te leggen zodat Jasper toch zover kan komen dat hij weer gaat tekenen.
Al snel nadat ik dit blog heb geschreven, tekent Jaster een steenbok (omslag van dit blog). Prachtig!
Meest recente blogs
Zie andere relevante blogartikelen